Industrieel Erfgoed

z-Industrieel Erfgoed (1)Afbeelding 1: Strokartonfabriek ‘De Toekomst’ in het Groningse Scheemda toont hoe weerbarstig de herbestemming van industrieel erfgoed kan zijn. Sinds het complex in 2011 voor een miljoen euro gerestaureerd werd, is er nog geen gebruiker voor gevonden.

De belangstelling voor het industrieel erfgoed is de afgelopen jaren sterk toegenomen en deze website wil daar ook een bijdrage aan leveren. Uitgangspunt daarbij is dat de fabrieken enkel voor een reportage in aanmerking komen als behoud gegarandeerd is door een nieuwe bestemming en deze ook daadwerkelijk tot het erfgoed gerekend kunnen worden. Verkenning van stilgelegde productielocaties (als een vorm van ‘urban exploration’) en het aandacht vragen voor hun behoud, hoe belangrijk ook, is dan ook niet het doel dat op deze plaats beoogd wordt. Evenmin zal volledigheid worden nagestreefd, aangezien er al uitstekende overzichtspublicaties op dit gebied bestaan. Wat deze site daarentegen wel wil bieden is verdieping door de technische en economische achtergronden te belichten van producten die eens werden voortgebracht in de desbetreffende fabrieken en de productieprocessen die daarvoor zijn uitgedacht. Er wordt naar gestreefd om per sector een dusdanige selectie van fabrieken te maken dat een representatief beeld ontstaat van zijn historische ontwikkeling.z-Industrieel Erfgoed (2)Afbeelding 2: Bij ‘urban exploration’ staat de schoonheid van het verval centraal, zoals hier Chemiewerk Rüdersdorf bij Berlijn. Deze categorie valt buiten de scope van deze website.

Dit als aanvulling op de sterke nadruk die in publicaties over industrieel erfgoed doorgaans ligt op architectuur en waarbij het rijke technische verleden relatief weinig aandacht krijgt. De verklaring hiervoor is deels gelegen in het feit dat Nederland geen lange industriële traditie heeft, waardoor deze kennis ook weinig verankerd is. Maar ook omdat bij de herbestemming van industrieel erfgoed historici en bouwkundigen het voortouw nemen en technici en ingenieurs nauwelijks vertegenwoordigd zijn. Omdat laatstgenoemde beroepsgroepen zich vanaf hun ontstaan gekenmerkt hebben door een sterke toekomstgerichtheid hoeft dit geen verbazing te wekken. In een land waar het geld overwegend verdiend werd door handel en transport en de ingenieurs zich vooral hebben onderscheiden met de aanleg van polders en dijken valt niet te verwachten dat de omgang met het industrieel erfgoed het niveau van de ´Industriekultur´ van onze Oosterburen ooit zal bereiken. Maar als deze site een begin van technisch-historisch besef weet over te brengen, zodat een elektriciteitscentrale niet langer als een fabriek wordt aangeduid en het onderscheid tussen spinnerijen en weverijen kan worden gemaakt, heeft ze veel bereikt. Wanneer dan ook nog amateurs en professionals die actief zijn in het industrieel erfgoed, hun voordeel kunnen doen met de verschafte achtergrondinformatie, dan is de opzet in belangrijke mate geslaagd.z-Industrieel Erfgoed (3)Afbeelding 3: Ons land kent een aantal fraaie stoomgemalen, zoals de ‘Vier Noorder Koggen’ in Medemblik. Hoewel ze vaak tot het industrieel erfgoed worden gerekend, is de uitdrukking technisch erfgoed beter op zijn plaats. Ze vallen daarom ook buiten het bestek van deze website.

Van jongs af aan ben ik al geïnteresseerd in geschiedenis en heb deze belangstelling gecombineerd met mijn universitaire studie Chemische Technologie aan de TUE door colleges in de techniekgeschiedenis te volgen, een vakgebied dat destijds onder prof. Harry Lintsen een opmerkelijke bloei beleefde. Vervolgens ben ik tien jaar werkzaam geweest binnen Philips, een bedrijf dat niet alleen  een indrukwekkende geschiedenis heeft, maar inmiddels ook veel van haar fabrieken aan het industrieel erfgoed heeft toegevoegd. Opvallend vaak hebben deze gebouwen een nieuwe bestemming gekregen. Enerzijds heeft dit te maken met hun markante architectuur, wat behoud nu eenmaal kansrijker maakt, anderzijds met het feit dat ze vaak uit assemblageateliers bestonden die zich eenvoudiger voor een nieuwe bestemming lenen dan gebouwen die rondom machines en installaties zijn gebouwd. Omdat de elektrotechnische industrie in de geschiedschrijving tot op heden niet veel aandacht heeft gekregen in vergelijking met sectoren die hun oorsprong in de (eerste) industriële revolutie hebben, besloot ik in 2006 om hierover te gaan publiceren in het Nederlands-Vlaamse kwartaalblad ‘Erfgoed van Industrie en Techniek’.z-Industrieel Erfgoed (4)Afbeelding 4: Tussen 2006 en 2020 publiceerde de samensteller van deze website een aantal artikelen over de geschiedenis van voormalige Philipsfabrieken in het kwartaalblad ‘Erfgoed van Industrie en Techniek’.

Het ging daarbij om artikelen over bekende fabrieksgebouwen zoals die van Strijp (Klokgebouw en NatLab) en het Emmasingelcomplex (Lichttoren en Gloeilampenfabriekje) in Eindhoven, maar ook buitenlandse zoals die van Leuven, Hamburg, Aken en Berlijn. In 2016 zijn ze in sterk verkorte versie in de rubriek ‘Philipsfabrieken’ op deze website verschenen, maar kunnen indien gewenst in hun volle lengte als PDF-file worden gedownload. Ook de rubrieken ‘textielfabrieken’ en ‘energiecentrales’ verschenen in dat jaar, gevolgd door ‘steenfabrieken’, ‘brouwerijen’ en ‘suikerfabrieken’ in 2017. Overzichtsartikelen van het erfgoed van de energiesector en suikerindustrie zijn in 2015 en 2019 gepubliceerd in ‘Erfgoed van Industrie en Techniek’. Gedurende de jaren 2018 en 2019 zijn acht sectoren toegevoegd aan deze website: fabrieksdorpen, steenkolenmijnen, scheepswerven, machinefabrieken, tabaksfabrieken, maalderijen, gieterijen en chemische fabrieken. In 2020 bleken er nog diverse sectoren te zijn waarvan prachtig industrieel erfgoed voor handen is, maar te weinig historische informatie om over ieder object  een aparte reportage te schrijven. Zo is de rubriek ‘industrieel erfgoed’ ontstaan met pagina’s waarop alle voorbeelden uit één sector zijn samengebracht, voorafgegaan door een inleiding over de historische ontwikkeling van de bedrijfstak. z-Industrieel Erfgoed (5)Afbeelding 5: De samensteller van de website poseert hier voor LWL-Industriemuseum Textilwerk Bocholt, sinds 2011 gevestigd in de voormalige Spinnerei Herding.

Nadat de reportages zich aanvankelijk beperkten tot Nederland en beide buurlanden België en Duitsland, is dit in 2021 uitgebreid met het Verenigd Koninkrijk. Reden hiervoor is uiteraard het feit dat in dit land de industriële revolutie plaats vond en hier nog veel sporen van terug te vinden zijn die aandacht verdienen. Bovendien was het ook hier dat al in de loop van vorige eeuw de waarde hiervan werd ingezien en er een beweging op gang kwam om dit ‘Industrial Heritage’ te behouden. Omdat, zoals reeds eerder gezegd, geen volledigheid wordt nagestreefd is voorlopig gekozen voor één reportage per rubriek en deze geografisch zo goed mogelijk te spreiden. Soms betreft het daarbij een regio in plaats van een stad, zoals de ‘Black Country’ die bekend stond om zijn gieterijen en de ‘Rhondda Valley’ vanwege zijn steenkolenmijnen. In 2022 is dezelfde benadering gehanteerd om het industrieel erfgoed van Frankrijk in kaart te brengen. Tot slot zijn op basis van het fotomateriaal uit iedere rubriek onder de titel ‘Fabrique Nostalgique’ kalenders samengesteld die als PDF kunnen worden gedownload, maar aan de vooravond van het desbetreffende jaar ook verzonden zullen worden naar geïnteresseerden die eerder hun reactie hebben achtergelaten op deze website. Want het is juist deze respons die zeer op prijs wordt gesteld om aanvullingen en verbeteringen aan te brengen of ideeën op te doen voor nieuwe reportages of rubrieken.

z-Industrieel Erfgoed (6)

Afbeelding 6:  De ‘Fabrique Nostalgique’ kalender staat ieder jaar in het teken van het industrieel erfgoed uit een bepaalde sector.

Zoals al eerder opgemerkt streeft deze website geen volledigheid na, maar wil interessante historische achtergrondverhalen verschaffen over industrieel erfgoed in Nederland en het nabije buitenland. Omdat daardoor veel voormalige fabrieken buiten beeld blijven die op zich ook de moeite waard zijn, volgt hieronder een overzicht waarin deze voor Nederland zijn samengebracht en alfabetisch gerangschikt naar locatie. Bij deze inventarisatie is hetzelfde criterium gehanteerd als op de website, namelijk dat het moet gaan om overblijfselen van voormalige industriële productiebedrijven waarvan het behoud in de toekomst gegarandeerd is door herbestemming. Zelden komt het voor dat een volledige fabriek behouden is gebleven en daarom volstaan één of enkele gebouwen voor opname in dit overzicht, zoals een productiehal, ketelhuis, machinekamer, magazijn, laboratorium of kantoorgebouw. Als het slechts om een fabrieksschoorsteen, watertoren of fabrikantenvilla gaat is er echter afgezien van registratie, omdat in die gevallen de herkenbaarheid als onvoldoende wordt beschouwd. Aan de andere kant, als het grote fabriekscomplexen betreft waarvan nog meerdere gebouwen resteren die verschillende, nieuwe bestemmingen hebben gekregen, dan zijn deze afzonderlijk opgenomen onder hun eigen adressen. Nederland mag dan klein zijn, voor het maken van een dergelijke inventarisatie is het land dan toch weer best groot. Hoewel de digitale middelen behulpzaam zijn is het up-to-date houden van de gegevens omtrent 389 objecten verspreid over 192 plaatsen een uitdaging, zeker ook omdat dit aantal nog zal gaan toenemen. Daarom is alle informatie over recente ontwikkelingen met betrekking tot industrieel erfgoed van harte welkom en kan deze gemeld worden via de website van ‘fabriekofiel’.

Industrieel Erfgoed in Nederland